Swift, de programmeertaal die Apple in 2014 introduceerde, is vanaf nu open source. Dat betekent dat iedereen toegang heeft tot de ontwikkelcode en hierop kan voortbouwen.
Lees verder na de advertentie.
Swift gaat open source
In een aantal interviews gaat Craig Federighi, Apples softwaretopman, in op de keuze van het bedrijf om Swift open source te maken. Federighi verwacht dat het de belangrijkste programmeertaal voor de komende twee decennia wordt. Apple liet op de website van Swift al weten dat het ‘een van de snelst groeiende codetalen aller tijden is’. Het bedrijf heeft veel vertrouwen in de taal, wat volgens Federighi komt door de combinatie van snelheid, veiligheid en gebruiksgemak.
“Het is de perfecte taal voor wie aan de slag gaat met programmeren. We willen dat iedereen Swift als hun primaire taal leert en dat het – wanneer ontwikkelaars erin gaan investeren – overal voor kan worden gebruikt, van het ontwikkelen van mobiele apps tot het schrijven van code voor de cloud. Dit is het beste te verwezenlijken door open source te gaan”, aldus Federighi.
Positieve respons
Dat Apple juist nu de programmeertaal open source heeft gemaakt, heeft te maken naar de vraag die momenteel uit de markt komt. Volgens Federighi is de respons overweldigend positief: “Er zijn partners naar ons toe gekomen om te zeggen dat ze van Swift houden en het overal willen gebruiken. IBM is daar een voorbeeld van.”
Hoewel de programmeertaal nog in ontwikkeling is, was volgens Federighi de tijd rijp om Swift open te stellen, zodat bedrijven, maar ook scholen er volledig van kunnen gebruikmaken. Ook in het onderwijs is men er namelijk over te spreken. “Professoren zijn geïnteresseerd om de taal te onderwijzen omdat het ideaal is voor het introduceren van uiteenlopende programmeerconcepten. Door Swift open source te maken, kunnen zij de taal opnemen in hun curriculum.”
Alle code van Swift is nu beschikbaar op Github, een site waar softwareontwikkelaars code kunnen delen met elkaar. Daarnaast is er een officiële website (www.swift.org) waar ontwikkelaars onder meer documentatie vinden en problemen kunnen melden. Op deze website wordt ook bekendgemaakt wat ontwikkelaars kunnen verwachten van versie 3.0.